Privé mailen of over het net surven in de baas zijn tijd. Elke werknemer doet het wel eens. Toch geldt voor de werkgever meestal online=offline. Waar ligt de grens? Tijdens je werk naar huis bellen dat je wat later komt, daar doet niemand moeilijk over. Dit geldt ook voor de e-mail naar je sportmaat dat het er vanavond even niet meer in zit. Het op je werk lezen van een folder van de plaatselijke makelaar kan je net zo min ontslag opleveren als even online op de makelaarssite kijken. Dat privé en zakelijke internetgebruik niet te veel door elkaar mag lopen klinkt logisch. In de praktijk werkt het anders.
Online=offline
Wat je bekijkt en hoeveel, mag een werkgever niet stelselmatig controleren. De werkgever moet aangeven dat je surfgedrag wordt nagekeken en met welk doel. Een steekproef op ongeoorloofd internetgebruik moet aangemeld worden. In de praktijk hebben veel bedrijven een Code of Ethics die de werknemer waarschuwt voor ontoelaatbaar internetgebruik. Bijvoorbeeld het aan elkaar toezenden van pornoplaatjes. Toch blijkt in vrij veel bedrijven dit toch een normale gang van zaken te zijn. Plaatjes en filmpjes vliegen, onder de mom van een vette knipoog, heen en weer over het digitale netwerk. Leuke onderbreking voor de werknemer, maar voor de werkgever is dit tijdverdrijf onder werktijd een grote ergenis en kostenpost.
En wat te denken van collega’s die zich geïntimideerd kunnen voelen door de ‘grapjes’ van collega’s.
Ontslag
Werkgevers die hun werknemers betrappen op oneigenlijk internetgebruik komen vaak weg met de ontslagvergunning. Een vrouw die haar collega een pornoplaatje stuurde, werd ontslagen omdat zij per ongeluk de e-mail had ge-cct naar haar ceo. Haar argument dat het in de bedrijfscultuur niet ongebruikelijk was elkaar plaatjes te sturen mocht niet baten. Vaak ook wordt oneigenlijk internetgebruik door de werkgever ingezet als reden voor ontslag wanneer dit eigenlijk gewenst was om andere redenen. Je bent dus gewaarschuwd!
Bron: MT – M. Draaisma