Eens in de vier jaar is het weer zover. Dan is het WK voetbal en is mijn man vier weken lang bevangen door voetbalkoorts. Er zijn drie wedstrijden per dag, en het liefst ziet hij ze allemaal. En altijd verandert hij van een rustige zachtaardige man in een fanatieke voetbalsupporter die mopperend en scheldend aan het beeldscherm is gekluisterd. “Jongens wat staan jullie daar nou te klunten! Van Persie, weer hoor: slappe zak! Toe nou, naar voren!” Enzovoort, enzovoort, enzovoort.
Opgewonden standje
Normaal gesproken ben ík thuis altijd het opgewonden standje, maar in dit geval ontgaat de opwinding mij volkomen. Ik verveel me meestal dood als er niet minstens om de vijf minuten wordt gescoord. Bovendien heb ik totaal geen aanleg voor de ins en outs van het edele voetbalspel. Tot grote ergernis van manlief heb ik bijvoorbeeld nog steeds moeite met buitenspel. In theorie weet ik heus wel wat het is, maar in de praktijk mis ik het altijd. “Buitenspel! Deze zie je toch wel hoop ik?!” Beschaamd schud ik meestal van nee. Probleem is dat ik nooit zo snel weet waar ik moet kijken. Of ik let juist dan even niet op. Op zo’n moment wordt het er even niet gezelliger op in huis.
Man vrouw dingetje
Zou dit nu weer zo’n man-vrouw-dingetje zijn? Is mijn onkunde het bewijs van een ontbrekend gen of een andere hersenstructuur? Of is het gewoon een toevallige speling van de natuur? Zoals ook mijn perenboom ineens zo nodig in de ban staat te wezen van oranje. Alle blaadjes getooid met vurige vlekjes! Oranjekoorts dus! Zoiets als de beessies van AH, maar dan anders. En intussen hebben we ook nog van Slowakije gewonnen en staan we in de kwartfinale. Ik geloof dat ik maar even onderduik. Tot het allemaal weer over is. Hopelijk kan mijn perenboom tegen die tijd ook weer een beetje normaal doen.
©Joke van der Leij, Tekstjuweel, www.tekstjuweel.nl