Alle berichten van Bo van Meerwijk/Ralph Ploeger

Man vs Vrouw: Pokerface

Ha die Bo, 

Kun je mij dat Poker misschien uitleggen? Poker is als biljarten. Poker heeft dammen en de tien kilometer schaatsen vervangen als de meest slaapverwekkende TV-sport van deze tijd. Ik weet, we leven in hypeland Nederland. Poker is het darts van 2009. En waarschijnlijk 2010. Darts, proletensport bij uitstek, waar ineens hordes huisvrouwen clubjes gingen oprichten. En we kennen het slagveld wat daarvan het gevolg was. Dinsdagavondcompetities, een dartbord in elke jongenskamer. Demonstraties in sporthallen. Weekendenlang Co Stompé met reclame op de kraag op TV, analysten die niks meer konden uitbrengen dan ‘hij gooit zijn dubbels niet’. En dat alles sterft zo langzamerhand een stille dood.

Stoer
En dan nu poker. Poker heeft niks van de ruige luidruchtigheid van darts. Niks van de oranje-gekte-achtige polonaise. Poker is van scholieren, poker is studentikoos: met zijn allen Amerikaanse films nadoen. Poker is met zijn allen om een tafel. Ik kan me mijn middelbare schooltijd herinneren. Eenentwintigen in de pauze, omdat het om geld ging en omdat de meisjes het wel stoer vonden als je daar goed in was. Net als poulebiljarten. Je doet het een paar weken tot het nieuwtje er weer af is. Het is de knikkertijd. Die duurt drie weken, en infecteert alleen kinderen op de basisschool. De rest is niet vatbaar. Nee. Dan poker. In hypeland Nederland is het altijd knikkertijd. Voor iedereen.

Wat jij?

Groeten van Ralph

Hai Ralph,
Ik snap er geen hout van. Van het spel. Maar omdat ik krantenberichten lees over heel veel geld, heeft het toch mijn aandacht. Want van spelletjes in combi met veel geld raak ik in de war. Zeker wanneer er donkere zonnebrillen bij gedragen worden. Ik ben van het spel, niet van de knikkers. En dat is een gruwelijke fout in mijn DNA-string. Weet ik sinds de pokermania en de financiële winst die er met het spel te behalen valt.

Mannen willen winnen
Vrouwen gaan voor het spel. Mannen om te winnen. Zelfs bij ons zoontje van zes zie ik het. Verliezen sucks. ‘Maar heb je dan geen leuke ochtend gehad, je hebt toch lekker gevoetbald?’ Je moet de ogen zien van die kleine nadat ik deze, volkomen onzinnige opmerking plaats na een door hem verloren potje. Meer ongeloof en afkeer past er niet in die twee blauwe kijkers als op die momenten. Ik denk dan nog, ‘je hebt je even lekker kunnen uitleven, hebt getraind, gezien hoe het niet moet, volgende keer beter.’

Winst
Volgende keer beter. Zo gaat het tenminste wanneer ik speel. Maar het enige spel dat ik speel is het spel tussen geliefden. Om beurten aan zet, om beurten winnen of verliezen. Dat zorgt voor uitdaging, leermomenten, evenwicht en fijne goedmaaksessies als het echt een stevig potje onderling machtsvertoon betrof. En dat is dan weer mijn winst. Mijn banksaldo bloeit er niet van op, mijn zonnebril hoeft er ook niet voor op. Mijn lief mag me gewoon in de ogen kijken. Waar hij trouwens nooit afkeer in zal lezen. Tenminste, niet zolang ik regelmatig win. Zo ben ik dan ook wel weer.

Lets play on.

Bo

Ralph Ploeger over Ralph
‘Ik
ben van negen maanden na de finale. Als Cruyff een paar keer had
gescoord, was ik er misschien niet eens geweest. Ik ben forens en
stukjesschrijver. Ik ben vader en ex. Gepromoveerd en geblesseerd. Ik
ben van de woorden en voor de liefde. Van het denken en van het doen.
En soms, als buiten de zon schijnt en mijn krullen mooi doet glanzen,
dan lijkt het net of ik een zorgeloze beachboy ben. En dat geeft
niks…’
Je vindt Ralph ook op www.ralphp.nl

Man vs Vrouw: Pokerface

Ha die Bo, Kun je mij dat Poker misschien uitleggen? Poker is als biljarten. Poker heeft dammen en de tien kilometer schaatsen vervangen als de meest slaapverwekkende TV-sport van deze tijd. Ik weet, we leven in hypeland Nederland. Poker is het darts van 2009. En waarschijnlijk 2010. Darts, proletensport bij uitstek, waar ineens hordes huisvrouwen clubjes gingen oprichten. En we kennen het slagveld wat daarvan het gevolg was. Dinsdagavondcompetities, een dartbord in elke jongenskamer. Demonstraties in sporthallen. Weekendenlang Co Stompe met reclame op de kraag op TV, analysten die niks meer konden uitbrengen dan hij gooit zijn dubbels

niet’. En dat alles sterft zo langzamerhand een stille dood.

Stoer
En dan nu poker. Poker heeft niks van de ruige luidruchtigheid van darts. Niks van de oranje-gekte-achtige polonaise. Poker is van scholieren, poker is studentikoos: met zijn allen Amerikaanse films nadoen. Poker is met zijn allen om een tafel. Ik kan me mijn middelbare schooltijd herinneren. Eenentwintigen in de pauze, omdat het om geld ging en omdat de meisjes het wel stoer vonden als je daar goed in was. Net als poulebiljarten. Je doet het een paar weken tot het nieuwtje er weer af is. Het is de knikkertijd. Die duurt drie weken, en infecteert alleen kinderen op de basisschool. De rest is niet

PAGEBREAK

vatbaar.

Nee. Dan poker. In hypeland Nederland is het altijd knikkertijd. Voor iedereen.

Wat jij?

Groeten van Ralph

Hai Ralph,
Ik snap er geen hout van. Van het spel. Maar omdat ik krantenberichten lees over heel veel geld, heeft het toch mijn aandacht. Want van spelletjes in combi met veel geld raak ik in de war. Zeker wanneer er donkere zonnebrillen bij gedragen worden. Ik ben van het spel, niet van de knikkers. En dat is een gruwelijke fout in mijn DNA-string. Weet ik sinds de pokermania  en de financiële winst die er met het spel te behalen valt.

Mannen willen winnen
Vrouwen gaan voor het spel. Mannen

PAGEBREAK

om te winnen. Zelfs bij ons zoontje van zes zie ik het. Verliezen sucks. ‘Maar heb je dan geen leuke ochtend gehad, je hebt toch lekker gevoetbald?’ Je moet de ogen zien van die kleine nadat ik deze, volkomen onzinnige opmerking plaats na een door hem verloren potje. Meer ongeloof en afkeer past er niet in die twee blauwe kijkers als op die momenten. Ik denk dan nog, ‘je hebt je even lekker kunnen uitleven, hebt getraind, gezien hoe het niet moet, volgende keer beter.’ 

Winst
Volgende keer beter. Zo gaat het tenminste wanneer ik speel. Maar het enige spel dat ik speel is

PAGEBREAK

het spel tussen geliefden. Om beurten aan zet, om beurten winnen of verliezen. Dat zorgt voor uitdaging, leermomenten, evenwicht en fijne goedmaaksessies als het echt een stevig potje onderling machtsvertoon betrof. En dat is dan weer mijn winst. Mijn banksaldo bloeit er niet van op, mijn zonnebril hoeft er ook niet voor op. Mijn lief mag me gewoon in de ogen kijken. Waar hij trouwens nooit afkeer in zal lezen. Tenminste, niet zolang ik regelmatig win. Zo ben ik dan ook wel weer.

Lets play on.

Bo

Man vs Vrouw: Goede voornemens

Ha die Bo,
Ik rook niet, ik drink met mate, maar niet in het verkeer. Ik heb de mijnen lief en gun de rest het beste. Ik eet ’s winters net iets te veel, maar dat gaat zo richting de zomer vanzelf weer over. Ik ben nu 34, dus ik ken mezelf, weet welke kant ik op beweeg, en waar ik mezelf een beetje bij zou willen sturen. Maar goede voornemens. Nee. Ik ben niet van goed voornemen. Niet op één moment, rond de jaarwisseling, om dan na een tijdje te roepen dat het toch niet gelukt is. Als je iets wilt doen, moet je het doen. Punt. Wat jij, Bo?

Kussen of schudden? 
En dan nog iets. Ik wil je vertellen over mijn werkplek. Ik zit zo achter een glazen wand met direct zicht op de ingang van onze verdieping. Dat is sowieso ideaal, dat snap je, want iedere verdwaalde bezoeker die de lift uit komt strompelen laat zich met graagte door mij uit zijn oneindig babylonisch lijden verlossen. Maar nu het nieuwe jaar is begonnen, als altijd weer een volslagen wonder, ben ik achter dat glas een ware schietschijf. Ik zie ze één voor één de lift uit komen, mijn collega’s. Wat zal ik doen, zie ik ze denken. Wat zal ik doen. Ga ik kussen of handen schudden. Ga ik een rondje doen? Ik heb geen zin in een rondje. Ik heb geen zin in mijn collega’s. Ik heb geen zihihihiinnn… Ja. Dat alles is zichtbaar in hun ogen, tijdens die luttele seconden dat ze van de lift naar de glazen deur lopen.

Toyboy
Maar dan zien ze mij zitten. Je begrijpt, ze zien in mij de fijne, vrolijke belichaming van de frisse nieuwe start in 2010, en hun blikken klaren op. Ze stormen naar binnen, allemaal, die collega’s. Een toyboy Bo, ik ben een toyboy. Een toyboy voor collega’s die zich naar binnen storten en mij met veel geluk het nieuwe jaar in willen kussen. ‘Fijne dagen gehad?’ Verhalen en verhalen. Ja. Ik ben bevoorrecht.

Maar ik WIL DAT NIET! Wat jij Bo? De beste wensen enzo. Mag dat asjeblieft wat exclusiever?
Nouja, omdat jij het bent: de beste wensen,

Ralph

Hai Ralph,
Wist jij dat vooral vrouwen zich ziek melden op de eerste werkdag van het nieuwe jaar? Ja, is echt. Zo hopen ze al die kleffe zoenen te ontlopen van collega’s die denken; ‘Yes, ik mag juf Jannie zoenen!’ Zelf bijt ik altijd maar even door de zure appel heen. Je ontkomt er toch niet aan. Ze komen gerust in week drie nog naar je toe met een ‘het mag nog net.’ Nee, de beste strategie bestaat eruit te zorgen dat je als eerste binnen bent. Gewoon om zeven uur in de vrieskou voor de deur gaan liggen en naar binnen glippen zodra de man van de security het alarm eraf heeft gehaald. Heb ik proefondervindelijk ondervonden. Dan hoef je zelf in ieder geval niemand af, maar komen ze naar jou. Of was dit nu net ook jouw hele probleem?

Voornemens
En voor de rest ga ik lijnen, sporten, aardiger doen, meer drinken – want dan schijn ik leuker te zijn – leren luisteren naar mezelf, mijn man én kinderen. Gaan we elke avond gezamenlijk aan tafel, ververs ik op tijd de kattenbak, ga door met vleesloos eten en schrap ook vis van het menu, (de zeeën zijn bijna leeg, wist je dat?) verhoog het zakgeld van mijn kinderen, steek écht, écht geen middelvinger meer op in het verkeer en ga op tijd mijn rekeningen betalen. Ik ga mijn moeder vaker bellen, zeg niet meer dat ik al heb overgemaakt tegen collectanten en neem geen gratis suikerzakjes meer mee van de AH koffie-corner. Ik ga een boek schrijven, elke avond vroeg naar bed – nee die niet- oh en ik zal mijn vriendinnen niet meer verwaarlozen. 

Nou, dat was het wel. Dus als jij denkt dat als toyboy iets zeggen over de feestdagen lastig is? Pffffff, daar ben je week 3 echt wel mee klaar. Max. Tegen die tijd heb ik nog wat te gaan. Toch zeker tot week 4.

Happy New Year Ralph, voor jou en de jouwen,

Bo

Man vs Vrouw: Ratio versus Emo

Ha die Bo, Boven mijn bed hangt in een prachtig mooi gouden lijstje een tekst. Het is mijn houvast in dit leven. Als ik het even niet meer weet, kijk ik er naar en adem ik drie keer rustig in en uit. Daarna ga ik slapen en is alles weer goed. Wat er staat? ‘Er zijn meer mannen dan vrouwen in het gekkenhuis, wat bewijst wie wie gek maakt.’ De uitspraak is van Gilbert Cresson, en ik heb geen idee wie dat is. Wat ik wel weet is dat hij een wijs man is.

Puntje van orde
Het zijn natuurlijk wel weer de mannen die zich gek laten maken. Dat is natuurlijk precies waar het mis gaat bij ons. Wij overschatten onze communicatieve vaardigheden, we veren niet mee, dus ja, dan breken we, zo af en toe. Of nee, laat ik voor mezelf spreken. Ik heb altijd de onbedwingbare neiging aan iedereen uit te leggen hoe het allemaal werkt, zo in

PAGEBREAK

het leven. Dat die uitleg slechts mijn versie is, en dat die versie niet stoelt op feiten, omdat alles nu eenmaal interpretatie is, en dat ik mezelf gek maak als ik toch gelijk wil hebben, dat wist Nietzsche al. Merk je trouwens hoe kwistig ik met dure namen strooi? Goed hè. Egodingetje van me. Kijk mij eens slim zijn. Zo zijn wij, mannen.

Leuk en slim
Mannen willen slim zijn. Vrouwen leuk. Dus mannen gaan redeneren waar vrouwen gaan voelen. Ratio versus emo. Daarover heb ik een stellingname: discussiëren is een mannendingetje. Er is geen discussiëren aan met een vrouw. Je kunt je betoog nog zo

PAGEBREAK

helder hebben, nog zo duidelijk in een rechte lijn van oorzaak naar gevolg redeneren, tot er echt echt echt geen speld meer tussen te krijgen is, een vrouw heeft dan altijd nog de mogelijkheid om te zeggen dat het voor haar ‘anders voelt’. Dan staan mannen zich dus weer de haren uit de kop te trekken.

Hoe zit dat voor jou Bo, ratio of emo?

Groet, Ralph.

Hai Ralph,
Nou, laat ik je zeggen dat ik zelf vaak in conflict ben met mijn eigen emo en ratio. Kun je nagaan hoe ingewikkeld het wordt wanneer ik daar ook nog een man bij ga betrekken. Dat stel ik dan dus ook zo lang mogelijk uit. Maar aangezien ik een vrouw ben

PAGEBREAK

duurt ‘lang’ ongeveer een paar minuten. Dan moet hij het weten. Mijn briljante idee, een vraag, mijn verwondering. Niet zelden kent hij mijn hersenspinsels nog goed en wel voordat ik ze gesponnen heb. Hij vindt het wel schattig. Zegt hij. Ik denk dat hij het meer schattig vindt dat ik juist aan hem denk. Het soort van egodingetje, waar jij het ook al over had. Want wat ik nu feitelijk heb gedeeld gaat het ene oor in en het andere weer uit. Dat merk ik heus wel.

Leren voelen
En hij heeft gelijk. Want echt zinnig is het niet, wat ik zoal denk. Allemaal gebaseerd op emotie. Het is zelfs al een tijdje zo erg dat ik soms maar precies doe waar ik géén goed gevoel over heb. Dan wordt het tenminste nog iets. Mijn zelfvertrouwen

PAGEBREAK

gaat er wel onder gebukt. Want zo’n maatregel zegt dat veel, op grond van irrationeel besluit, al is mislukt. Maar juist die wetenschap zet ik dan maar handig in. ‘Bo, wat denk je van een vakantie in Frankrijk dit jaar?’ ‘Naa, lijkt me niets, dus laten we het doen.’ Echt, het werkt. Topvakantie hebben we gehad. En zo gaat het met veel meer dingen. Emoties zijn zwaar overschat. Althans, die van mij, door mij. Maar ja. Als ik dat zeg krijg ik gelijk van iemand een flyer over de wijkcursus ‘leren voelen’ onder mijn neus geduwd. Mijn gevoel zegt dat zo’n cursus sucks. Het zal dus wel werken. En zo blijft het tobben, Ralph.

Hartelijke groet, Bo

Man vs Vrouw: Shop till you drop

Hoi Ralph, Ik mocht winkelen vandaag. Joepie! Maar niet heus. Je kunt het gerust vergeten hoor, al die verhalen over vrouwen die niets liever zouden willen dan de hele dag shoppen. Wie heeft bedacht dat ik kreunend van genot geen genoeg zou krijgen van H&M? Dat ik soppend van jolijt graag nog eens uitleg wat ik dan wél bedoel met ‘geen tailleband net boven de schaamstreek’. Dat ik het leuk zou vinden om in rijen te staan in winkels waar het personeel glashard staat te liegen? Dan ben ik dus écht zo weer thuis.

Spiegels
Ga me niet zeggen dat iets me staat alleen omdat het mode is. Ik heb net toch zelf het tegendeel gezien. In die ver-schrik-ke-lijke paskamerspiegels van jullie. Waaraan jullie een missie hebben gekoppeld hoe billen en benen zo onvoordelig mogelijk te laten uitkomen. In dat kille licht. Jullie branden me af. Denk je dat het dan nog leuk is? Ik háát winkelen. En dat maak je niet goed met zo’n kittige papieren tas met jullie logo zodat iedereen kan zien dat ik wel mooi klant van jullie ben. En al helemaal niet met een klantenkaart. Werkelijk, als iets me niet interesseert…En als ik daarmee de enige vrouw van Nederland ben, so be it.

Broekriem
Ik zit niet te wachten op aandacht van personeel dat werkt op commissiebasis. En al helemaal niet op onderbetaalde pubers die het werkelijk aan hun stageplek zal jeuken of ik nu met iets de winkeldeur uit ga of niet. Oh, en weet je wat ik ook zag?

PAGEBREAK

Van dat uitpakpersoneel met zendertjes in hun broekriem. Lachen hé? Waar heb je een zender voor nodig als je vocabulaire niet verder strekt dan’Als het niet in het rek hangt, dan hebben we het niet.’ Ach Ralph, het zal wel aan mij liggen. Ik ben trouwens nog wel geslaagd hoor. Via internet.

Groet, Bo

Hai Bo,
Inderdaad, kleding kopen is hel. Winkelen betekent voor mij: snel dingen uitzoeken, passen, kopen, en terug naar de gewone wereld. Naar de wereld zonder winkeljuf. Zo’n kind waarbij een volwassen man zich wel drie keer bedenkt voordat hij

PAGEBREAK

dat ongeïnteresseerde hoofd om een mening vraagt, omdat hij weet dat ze met haar hippe blote-bijna-kun-je-mijn-geslachtsdelen-zien-broek schijt op mannen als hij.

Goddelijk 
Ik begrijp die meisjes ergens ook wel. Kijken naar manvolk in een kledingwinkel is net zo opwindend als een natte kus van een loopse teckel. Duffe mannen die met een vers-en-iets-te-hip kledingstuk aan hun lijf op hun zweetsokken uit een kledinghok komen geschoven, hebben de grandeur van

PAGEBREAK

een paprika. Een groene. Ook ik. Al kan ik je rustig en eerlijk vertellen dat ik er doorgaans goddelijk uit zie. Is een feit. Geen mening. Toch vind ik het moeilijk om met een nieuw kledingstuk uit een kleedcabine te stappen. Als ik kleding pas, ben ik weer die jongen die met zijn moeder naar de spijkerbroekenwinkel in het dorp ging en vanachter het gordijntje dingen hoorde als: ‘Ja. Hij blijft ook zo mager.’

Geld besparen 
Ik ben blij dat ik het nog steeds goed doe in een garderobe uit 2006. Want ik wil niet naar de winkels. Nog steeds wacht buiten het pashok mijn denkbeeldig vuurpeloton. Een rücksichtslos roedel van blondines met verbleekte tribals boven de billen. Ik ben onzeker, dus zeg ik dat zij me lelijk vinden. Kan ik me fijn aan ze ergeren. En aan mezelf. Omdat ik me iets aantrek van het oordeel van een zestienjarige kleedkamerbewaakster aan wie ik met een iets te ferme zwaai al dat veel te hippe kledingspul weer teruggeef. Zo spaar ik ontzettend veel geld uit. Geld om leuke dingen mee te doen. Een assertiviteitstraining, denk ik.

Groet, Ralph