Witte kerst

Wat een belofte. Volgens de weermannen krijgen we vrijwel zeker een witte kerst. Mijn man weet wat ‘vrijwel zeker’ betekent wanneer ik het uitspreek. Het betekent ‘vergeet het maar’. Op wat uitzonderingen na. Gelukkig ben ik geen weerman.

Landskampioen
Want oh, wat zitten we hier op te wachten. Een sprookjes witte kerst die even al het grauw bedekt. U niet? Ik wel. Dat heb ik vrijwel nooit aan het eind van het jaar. Wat in mijn jargon dus precies het omgekeerde betekent. Volgt u het nog? Want daar gaat het even over. Over het nog kunnen volgen. Dit jaar vol emotie, drukdoenerij, winst en verlies. Het was toch niet om bij te houden. Banken rolden om, maar gelukkig viel de griep mee. Obama werd de eerste afro-amerikaanse president en won de nobelprijs voor de vrede. Er waren grote bosbranden en flinke aardbevingen. AZ werd kampioen van de Nederlandse Eredivisie maar Koninginnedag werd nooit meer hetzelfde. Mickael ging dood. Ramses ook. Linda kreeg haar ring, Yolanthe de hele inboedel. De tafel van vijf was een flop evenals het rookverbod. Arie bleek echter een topper. En over de Toppers gesproken…Nee laat ook maar. Het is mooi geweest.

Wens
Ik zeg, het is hoog tijd voor een wit dekentje. Even, een paar dagen. Laat het maar sneeuwen. Bedek 2009 en laat me als eerste voetstappen zetten in vers gevallen sneeuw. Ik wens ons allen een fris hoofd wanneer de sneeuw weer smelt, een mooie lente en een kleurrijk jaar. Ook voor jou, mijn lief, met wie ik 2010 vrijwel zeker aan durf. En twijfel niet, dit was zo’n uitzondering.

Man vs Vrouw: Pokerface

Ha die Bo, Kun je mij dat Poker misschien uitleggen? Poker is als biljarten. Poker heeft dammen en de tien kilometer schaatsen vervangen als de meest slaapverwekkende TV-sport van deze tijd. Ik weet, we leven in hypeland Nederland. Poker is het darts van 2009. En waarschijnlijk 2010. Darts, proletensport bij uitstek, waar ineens hordes huisvrouwen clubjes gingen oprichten. En we kennen het slagveld wat daarvan het gevolg was. Dinsdagavondcompetities, een dartbord in elke jongenskamer. Demonstraties in sporthallen. Weekendenlang Co Stompe met reclame op de kraag op TV, analysten die niks meer konden uitbrengen dan hij gooit zijn dubbels

niet’. En dat alles sterft zo langzamerhand een stille dood.

Stoer
En dan nu poker. Poker heeft niks van de ruige luidruchtigheid van darts. Niks van de oranje-gekte-achtige polonaise. Poker is van scholieren, poker is studentikoos: met zijn allen Amerikaanse films nadoen. Poker is met zijn allen om een tafel. Ik kan me mijn middelbare schooltijd herinneren. Eenentwintigen in de pauze, omdat het om geld ging en omdat de meisjes het wel stoer vonden als je daar goed in was. Net als poulebiljarten. Je doet het een paar weken tot het nieuwtje er weer af is. Het is de knikkertijd. Die duurt drie weken, en infecteert alleen kinderen op de basisschool. De rest is niet

PAGEBREAK

vatbaar.

Nee. Dan poker. In hypeland Nederland is het altijd knikkertijd. Voor iedereen.

Wat jij?

Groeten van Ralph

Hai Ralph,
Ik snap er geen hout van. Van het spel. Maar omdat ik krantenberichten lees over heel veel geld, heeft het toch mijn aandacht. Want van spelletjes in combi met veel geld raak ik in de war. Zeker wanneer er donkere zonnebrillen bij gedragen worden. Ik ben van het spel, niet van de knikkers. En dat is een gruwelijke fout in mijn DNA-string. Weet ik sinds de pokermania  en de financiële winst die er met het spel te behalen valt.

Mannen willen winnen
Vrouwen gaan voor het spel. Mannen

PAGEBREAK

om te winnen. Zelfs bij ons zoontje van zes zie ik het. Verliezen sucks. ‘Maar heb je dan geen leuke ochtend gehad, je hebt toch lekker gevoetbald?’ Je moet de ogen zien van die kleine nadat ik deze, volkomen onzinnige opmerking plaats na een door hem verloren potje. Meer ongeloof en afkeer past er niet in die twee blauwe kijkers als op die momenten. Ik denk dan nog, ‘je hebt je even lekker kunnen uitleven, hebt getraind, gezien hoe het niet moet, volgende keer beter.’ 

Winst
Volgende keer beter. Zo gaat het tenminste wanneer ik speel. Maar het enige spel dat ik speel is

PAGEBREAK

het spel tussen geliefden. Om beurten aan zet, om beurten winnen of verliezen. Dat zorgt voor uitdaging, leermomenten, evenwicht en fijne goedmaaksessies als het echt een stevig potje onderling machtsvertoon betrof. En dat is dan weer mijn winst. Mijn banksaldo bloeit er niet van op, mijn zonnebril hoeft er ook niet voor op. Mijn lief mag me gewoon in de ogen kijken. Waar hij trouwens nooit afkeer in zal lezen. Tenminste, niet zolang ik regelmatig win. Zo ben ik dan ook wel weer.

Lets play on.

Bo

Man vs Vrouw: Goede voornemens

Ha die Bo,
Ik rook niet, ik drink met mate, maar niet in het verkeer. Ik heb de mijnen lief en gun de rest het beste. Ik eet ’s winters net iets te veel, maar dat gaat zo richting de zomer vanzelf weer over. Ik ben nu 34, dus ik ken mezelf, weet welke kant ik op beweeg, en waar ik mezelf een beetje bij zou willen sturen. Maar goede voornemens. Nee. Ik ben niet van goed voornemen. Niet op één moment, rond de jaarwisseling, om dan na een tijdje te roepen dat het toch niet gelukt is. Als je iets wilt doen, moet je het doen. Punt. Wat jij, Bo?

Kussen of schudden? 
En dan nog iets. Ik wil je vertellen over mijn werkplek. Ik zit zo achter een glazen wand met direct zicht op de ingang van onze verdieping. Dat is sowieso ideaal, dat snap je, want iedere verdwaalde bezoeker die de lift uit komt strompelen laat zich met graagte door mij uit zijn oneindig babylonisch lijden verlossen. Maar nu het nieuwe jaar is begonnen, als altijd weer een volslagen wonder, ben ik achter dat glas een ware schietschijf. Ik zie ze één voor één de lift uit komen, mijn collega’s. Wat zal ik doen, zie ik ze denken. Wat zal ik doen. Ga ik kussen of handen schudden. Ga ik een rondje doen? Ik heb geen zin in een rondje. Ik heb geen zin in mijn collega’s. Ik heb geen zihihihiinnn… Ja. Dat alles is zichtbaar in hun ogen, tijdens die luttele seconden dat ze van de lift naar de glazen deur lopen.

Toyboy
Maar dan zien ze mij zitten. Je begrijpt, ze zien in mij de fijne, vrolijke belichaming van de frisse nieuwe start in 2010, en hun blikken klaren op. Ze stormen naar binnen, allemaal, die collega’s. Een toyboy Bo, ik ben een toyboy. Een toyboy voor collega’s die zich naar binnen storten en mij met veel geluk het nieuwe jaar in willen kussen. ‘Fijne dagen gehad?’ Verhalen en verhalen. Ja. Ik ben bevoorrecht.

Maar ik WIL DAT NIET! Wat jij Bo? De beste wensen enzo. Mag dat asjeblieft wat exclusiever?
Nouja, omdat jij het bent: de beste wensen,

Ralph

Hai Ralph,
Wist jij dat vooral vrouwen zich ziek melden op de eerste werkdag van het nieuwe jaar? Ja, is echt. Zo hopen ze al die kleffe zoenen te ontlopen van collega’s die denken; ‘Yes, ik mag juf Jannie zoenen!’ Zelf bijt ik altijd maar even door de zure appel heen. Je ontkomt er toch niet aan. Ze komen gerust in week drie nog naar je toe met een ‘het mag nog net.’ Nee, de beste strategie bestaat eruit te zorgen dat je als eerste binnen bent. Gewoon om zeven uur in de vrieskou voor de deur gaan liggen en naar binnen glippen zodra de man van de security het alarm eraf heeft gehaald. Heb ik proefondervindelijk ondervonden. Dan hoef je zelf in ieder geval niemand af, maar komen ze naar jou. Of was dit nu net ook jouw hele probleem?

Voornemens
En voor de rest ga ik lijnen, sporten, aardiger doen, meer drinken – want dan schijn ik leuker te zijn – leren luisteren naar mezelf, mijn man én kinderen. Gaan we elke avond gezamenlijk aan tafel, ververs ik op tijd de kattenbak, ga door met vleesloos eten en schrap ook vis van het menu, (de zeeën zijn bijna leeg, wist je dat?) verhoog het zakgeld van mijn kinderen, steek écht, écht geen middelvinger meer op in het verkeer en ga op tijd mijn rekeningen betalen. Ik ga mijn moeder vaker bellen, zeg niet meer dat ik al heb overgemaakt tegen collectanten en neem geen gratis suikerzakjes meer mee van de AH koffie-corner. Ik ga een boek schrijven, elke avond vroeg naar bed – nee die niet- oh en ik zal mijn vriendinnen niet meer verwaarlozen. 

Nou, dat was het wel. Dus als jij denkt dat als toyboy iets zeggen over de feestdagen lastig is? Pffffff, daar ben je week 3 echt wel mee klaar. Max. Tegen die tijd heb ik nog wat te gaan. Toch zeker tot week 4.

Happy New Year Ralph, voor jou en de jouwen,

Bo

Tweede kerstdag

Nog even doorbijten. Kerst 2009 is bijna om. Wie al dagen met rode vlekken in haar, meestal is het een haar, nek loopt vanwege kerststress is de enige niet. In plaats van bezinning en vrede op aarde worden de kerstdagen in beslag genomen door vragen over kadootjes en voedsel. Want, wat geef je iemand die alles al heeft en wat eet iemand die al vol zit?

Vakantie
Pardon, ik druk me wat plastisch uit. Samen eten en kadootjes uitwisselen staat voor gezelligheid en de verkapte mededeling dat je graag iets aan de ander geeft. Wilt delen. En dat is dan weer wel heel kersterig. Het gaat pas mis wanneer je geeft en eet omdat het moet. Van de Blokkerkrant, je (schoon)moeder of Allerhande. Niet vanuit een diepe lichamelijke of innerlijke behoefte. Het schijnt dat veel mensen dit jaar de voorkeur geven kerst te vieren met vrienden in plaats van met familie. Of nog liever: op vakantie gaan. Ik zeg, het is een teken. Een teken dat we moeten-moe zijn.

Kerst 2010
Laten we daar het komende jaar eens aan denken. Wat moet ik eigenlijk allemaal, van wie en waarom? Met een beetje mazzel is het antwoord voor kerst 2010 gevonden en wordt het een kerst om naar uit te kijken. Met rust in het hart en hoofd en de wens bij geliefden te zijn omdat je kunt, niet omdat het moet. Zonder stressvlekken in de nek. Is dat geen fijne kerstgedachte? U heeft nog 363 dagen.

Ik vind je mooi

Vandaag zat ik tegenover een prachtige vrouw. Ze droeg de bescheidenheid van een vrouw die niet door heeft hoe mooi ze is. En een hoofddoek. Ze zat schuin tegenover me in de trein en las wat in haar gratis krant. Ik ook, maar ondertussen moest ik steeds naar haar kijken.

Mooi   
Ik was blij dat ze niet doorhad dat ik steeds keek. In gedachten verzon ik wel vast een verhaaltje voor het geval dat. ‘Sorry dat ik steeds kijk, maar ik vind je nogal mooi.’ Vervolgens bedacht ik wat zij dan zou zeggen. ‘Oh’ leek me nog het handigst. Waarna we verlegen maar zusterlijk naar elkaar zouden glimlachen om vervolgens weer in de krant te duiken. Van waaruit we natuurlijk niet nog eens durfden opkijken. Toch zeker niet tot Utrecht Centraal.

Een kenau  
Maar wat als ze iets zou zeggen als: ‘Doe normaal zeg, trut!’ Dan werd ze minder mooi, dat wel. Want karakter doet ook veel. Schoonheidtechnisch gezien. Deze vrouw had naast een prachtig gezicht en mooie handen ook vast een lief karakter. Al kon ik dat natuurlijk niet met zekerheid zeggen. Maar de manier waarop ze rustig en sierlijk haar kaartje voor de conducteur uit haar portemonnee haalde matchte niet met mijn beeld van een kenau.

Perron 19a    
Ze had geen ‘oh’ gezegd, dus toen ik nog eens keek begon ik me af te vragen hoe haar haar zou vallen wanneer ze haar hoofddoek niet droeg. Ik veronderstel ook mooi. Vast lang en vol. En daarna vroeg ik me af waarom ik eigenlijk niet gewoon zei dat ik haar even wilde complimenteren met haar schoonheid. Een mens moet toch iets vriendelijks tegen een ander mens kunnen zeggen? Gewoon voor de aardigheid. Misschien was ze zelf onzeker en had twijfels gehad over haar uiterlijk voordat ze vanmorgen haar jas had aangetrokken. Dan kon ik een klein verschil maken, misschien wel haar dag. Over die gedachte deed ik tot aan de roltrap bij perron 19a. Toen was ze natuurlijk al lang weg.

Woorden van liefde en troost

css.php