Alle berichten van Bo van Meerwijk

Vrouw Relatie: Niets om aan te trekken

“Ik heb niets om aan te trekken!” Is het geen gruwel heren?, deze uitspraak gedaan door uw vriendin, vrouw of dochter (s). Want natuurlijk hebben ze zat. Dat weet u zelf ook wel. Juist vrouwen met inloopkasten zo groot als het filiaal van een gemiddeld warenhuis roepen deze uitspraak om het hardst. Wat de dames bedoelen is, beste heren: ‘Ik heb niets om aan te trekken wat past bij de gelegenheid en – daarom hoor je het zo vaak – bij mijn gemoedstoestand van dit moment.

Niets leuker dan shoppen

Zelf roep ik, eerlijk is eerlijk, bijzonder weinig dat ik ‘niets heb om aan te trekken’. Ik ben een praktisch mens. Waar het gaat om winkelen en kleding lijk ik man-genen te hebben. Ik ga pas winkelen als ik iets nodig heb en als het dan toch moet wens ik er niet langer mee bezig te zijn dan 30 minuten. Inclusief heen- en terugreis van de winkel waar het dan maar moet gebeuren. Zo niet mijn dochters. Voor hen bestaat er niets leukers dan shoppen. Ze gaan ook gerust zonder geld op zak van alles passen. Gewoon omdat dat leuk is. Dat soort dingen begrijp ik niet. Toch neem ik het voor hen, en alle andere vrouwen, op, en leg ik het graag nog eens uit. Over hoe dat nou zit, met dat probleem van ‘niets om aan te trekken’. 

Oertheorie

Want, mannen, we doen het voor jullie. Jawel. Waar jullie je ‘jagers-instinct-theorie’ hebben, hebben wij onze ‘paai-instinct’ theorie. De mooiste meisjes krijgen de beste mannetjes. Het zaad moet verspreid en daar kiest de man zoveel mogelijk fris en fruitig spul voor uit.  Zo zit dat nu eenmaal volgens de oertheorie. Er is geen wezen dan de man die dat beter begrijpt dan de man zelf. Tenminste, we krijgen het als verklaring voor geflirt, ontrouw, de midlife-crisis en ander dump gedrag. Stop een man 5 minuten in een ruimte met een mooie vrouw en zijn vermogen tot het aansturen van de eigen hersencellen daalt significant. Zo las ik laatst in de uitkomst van het zoveelste man-vrouw experiment. Evolutie ten spijt, jullie kunnen er niets aan doen. Vrouwen weten dat en buiten het uit. Marketingafdelingen doen trouwens hetzelfde. 

Zinvol

Het is het spel. En we zijn allen verslaafd. Een vrouw die tegen haar man zegt ‘ik heb niets om aan te trekken’, heeft snode plannen. Of ze is onzeker. Er ligt een wens aan ten grondslag het alpha vrouwtje te zijn. Ze wil mooi en aantrekkelijk zijn. Eigenlijk wil ze gewoon de hersencellen van mannen beïnvloeden zodat ze gedaan krijgt wat uit naam van de menselijke evolutie al eeuw op eeuw gebeurt en het vrouwelijk bestaan zinvol maakt… Ze wil nog meer geld om te shoppen.

Vrouw relatie: Geveltuin

Bij veel huizen is het niet moeilijk te ontdekken of er een man of vrouw woont. De voordeuren en voortuintjes spreken voor zich en laten zien wie er thuis de broek aan heeft.

Geveltuin

Woningen met bij de voordeur een houten bankje, stoel – veilingkistje kan ook- vol decoraties van riet, een beeldje van een dier- of kinderfiguur én pompoenen zegt: hier woont een crea ik-ben-uit-school-thuis-voor-de-kinderen vrouw. Hij is type ruwe bolster blanke pit. Een lieverd die zich heeft neergelegd bij het feit dat zijn vrouw soms liever de voordeur versiert dan hem. Een goed onderhouden en strak laatste-trend-design rondom de voordeur maar wel mét bloemen of planten: hier woont een druk stel. Ze hebben fulltime banen en weekenden vol strak georganiseerde sociale verplichtingen. Bij een van de twee zit er een burnout aan te komen. Waarschijnlijk bij haar. Geveltuin, een tegel uit de stoep met daarin wat groen: Ook hier woont een vrouw, mét man. Ze staan links en zijn daarom voor gelijkheid. Ze werken 2 x 4 dagen. Waarschijnlijk staat er een bakfiets in de schuur waarmee ze om beurten de kids bij de opvang brengen.

Meer heeft een man niet nodig

En dan heb je de huizen met niets rondom de voordeur. Daar woont dan een man. Mogelijk zelfs een gelukkige man. Hij zit in zijn kamer die – volgens vrouwelijke maatstaven – leeg is. Hij heeft een bank, een grote tv, een super muziekinstallatie en, als hij wat leuk bij kas zit, een design keuken. Dat is het zo’n beetje. Meer heeft een man niet nodig. Mooie strakke spullen waar op commando goed geluid uit komt. Eigenlijk zoekt hij ook zo’n soort vrouw. Daarom is hij ook nog steeds alleen.

Imago

Laatst kreeg ik van iemand een grote plant cadeau. “Eigenlijk is dat een buitenplant”, sprak lief, “wil je het weer eens proberen?” Dat proberen sloeg op onze wijk, niet op onze relatie. Vorig jaar nog was ik ook zo’n vrouw die bloemen bij de voordeur zette. Met kerst hing er zelfs een krans. Maar mijn frutsels of planten bij de voordeur werden steeds gesloopt. Gevalletje van in het uitgaanscentrum wonen van een sneu stadje. Deze plant gunde ik een beter leven dan de sloopgrage handen van dronkaards. Hij staat binnen. Niet zo leuk voor de plant en het imago van onze wijk. Maar eigenlijk wel stukken beter voor het imago van mijn lief. 

Vrouw Relatie: Coaches

Ik heb een probleem. Dan ga je naar een coach, zul je zeggen. Maar mijn probleem betreft het onderwerp coaches. Voor mijn werk ontmoet ik er veel van, van die coaches. Ik interview ze en maak er stukjes over. En niet één maal, dames en heren, niet één maal, kwam ik een coach tegen die iets coacht buiten het eigen voormalige probleemgebied. Dat feit plus hun eigen voormalig lijden brengen ze met trots. Betreft het een vrouw dan geeft ze je zo’n blik van ‘maar ik ben er overheen’. Betreft het een mannelijke coach dan is hij trots op zijn vrouwelijke kanten. Dat hij ook maar mooi iets had en er nog voor uitkomt ook. Alsof een huisarts eerst alle ziektes, van spuitoor tot darmperforatie zelf doorlopen moet hebben wil hij of zij een goede huisarts kunnen zijn.

Studie

Ik vertrouw ze niet, die coaches die zeggen ‘na mijn burnout zag ik het licht’. Ik ben blij voor ze, absoluut, maar waarom betrof ‘het licht’ de drang van het doorgeven van je inzichten? Zou het niet veel fijner zijn wanneer het beroep coach gekozen zou zijn door iemand die zegt: ‘Ik heb een mateloze interesse in andere – met de nadruk op andere –  mensen, zo groot dat ik niets anders wil dan me verdiepen in deze interessante vorm van leven. Ik wil het doorgronden en weten hoe dat wezen werkt. Met als studieobject boeken, gestaafde onderzoeken en colleges in plaats van de eigen littekens. En na mijn studie leg ik een eed af.” 

Plan van aanpak

Ik moet mezelf trouwens corrigeren. Ik heb een keer een coach ontmoet die anders te werk ging. Het was niet tijdens een interview maar tijdens een zakelijke ontmoeting. Ik wist niet wat ik hoorde. Hij had een plan, een concept, dat was gebaseerd op cijfers en een keihard businessplan. Geen navelstaarderij maar een doordacht plan waar geen speld tussen te krijgen was. Geen zweverig gedoe en nergens een zweempje ‘eigenlijk ben ik nog niet klaar met mezelf helpen’, maar wetenschappelijke kennis. Voorzichtig vroeg ik hem of hij wel eens overspannen was geweest. Hij antwoordde ontkennend. Ook op mijn vraag of hij dan soms een nare jeugd of een eetprobleem had gehad, uit de kast moest komen, stemmen had gehoord of liever een vrouw zou zijn. “Natuurlijk niet, mijn talent is het motiveren van mensen, dat doe ik in al mijn bedrijven.” Ik heb zijn kaartje gevraagd. Hij is de enige coach die ik vertrouw mocht ik er ooit een nodig hebben. 

Vrouw Relatie: Trophy wives

Soms hebben we hier thuis de discussie of ik een trophy wife zou kunnen zijn of niet. Want als ik heel druk ben pleeg ik te verzuchten: ‘Had ik maar een rijke man, dan hoefde ik nooit meer te werken’. Ik weet het, zo’n opmerking is fouter dan fout. Maar lief vergeeft me en ik vergeef mezelf. Het is gewoon een uitspraak uit frustratie, als gevolg van werkstress. Dan roepen mensen wel vaker idiote dingen. 

Ambities

Het laatste wat ik met die opmerking bedoel is dat ik niet tevreden ben met wat lief maandelijks binnen brengt en het deel wat daar dan van overblijft voor mij. Want ik ben zelf heus wel van ambities en van eigen zaakjes regelen en zo. Sterker nog. Niets zo killing voor mijn tevredenheidsstatus als mijn hand op moeten houden. Het is vernederend om aan je partner te moeten vragen of hij of zij nog een eurootje of wat over heeft zodat je ook een bakkie kunt doen in de stad. En dan heb ik het nog over een bakkie. Een trophy wife heeft het over Prada’s en een lunch voor haar hondje in het hondenrestaurant. Minimaal. 

Garantie zo stevig als je borsten

Schitteren dankzij de status van je echtgenoot. Is dat nu van deze tijd of niet. Laten we eerlijk zijn, het is hard werken, met een garantie die afhangt van de conditie van je borsten of de diepte van je rimpels. Je taak is immers pronkstuk zijn. Hoe leeg is dat? Of kunnen we spreken van een wel uitgemikte carrière? Kort maar hevig met een flinke alimentatie als bonus. Gezien de status van mijn borsten en rimpels hoef ik me nimmer zorgen te maken of ik een trophy wife zou kunnen zijn of niet. Daarvoor is het te laat. Met als troostprijs zijn oude laptop om stukjes op te typen in plaats van zijn creditcard. 

Luxe probleem

“Je zou niet anders willen”, herinnert lief me wanneer ik weer eens mijn handen ten hemel hef in de hoop dat er een rijke vent in valt. “Of moet ik je weer even meenemen naar de tijd dat je niet mocht werken en verplicht leuke dingen moest doen. Je liep in no-time tegen de wellness muren op van verveling! De enige luxe waar jij blij mee bent te krijgen is de luxe van het kunnen uitwerken van je ideeën. En de luxe dat je mij hebt natuurlijk. Om je te helpen herinneren dat je niets mist, behalve je stroom aan ideeën wanneer je te druk bent.” Is hij geen goud waard? Ik heb een trophy man! 

Vrouw Relatie: Huldigingsfeest Oranje

Geen verstand hebben van voetbal, zelfs in slaap vallen tijdens de finale – zeg ik beschaamd en tot woede van vele voetbalfans – en dan toch vooraan staan langs de grachten tijdens de huldiging van oranje. Mag dat? Ja, dat mag! Zeg ik, na gisteren bij hét feest van dit jaar te zijn geweest. Want natuurlijk ging het over de jongens maar meer nog ging het over het ‘wij’ gevoel. En daar waren we wel even aan toe met zijn allen.

Huldigingsfeest langs de grachten

Twee en een half uur voor de boot langs kwam stond ik langs de gracht. Tussen jong en oud. We zongen en dansten de tijd weg, applaudisseerden voor grachtspringers, we maakten waves die we via de overkant van de gracht weer terug zagen komen, sprongen met zijn allen op muziek die uit een grachtenpand klonk – dank buurtbewoners voor dit initiatief-, deinden van links naar rechts op ’15 miljoen mensen’ en joelden en klapten voor de politie te water die, door hun boten wat vaart te geven, de eerste rij publiek voorzag van golven grachtennat over de voeten. Enfin, u heeft het kunnen zien op tv. Het feest was groots!

De helden van Bert

En als je dan, zoals ik, tot die enkeling behoort die niet thuis blijft voor een potje voetbal, ga je toch nadenken. En ook dat mag, weet ik sinds gisteren, toen ik, weer thuis, op tv zag hoe de spelers tot vervelens toe werden geconfronteerd met de vraag wat deze bijzondere dag met ze deed. Want inderdaad, wat is dit? Hoe kan het dat we zo verbroederd raken over een spel? Dat we schouder aan schouder staan te juichen om helden te maken van ‘verliezers’. Je best doen, alles op alles zetten, teamspirit en het laten zien van bloed, zweet en tranen maakt kennelijk iets in ons los. Zou het kunnen zijn dat het spel wordt ingezet als een massaal gevoel van herkenning? Net zoals je bij een film niet jankt om de film maar om eigen vergeten verdriet. Bert zei niet voor niets tegen het publiek ‘jullie zijn de helden’. En zo was het. Gisteren was iedereen een held. Bloed zweet en tranen, dat leidt tot een oorverdovend feest. Als hang naar hoop en verbroedering.