Je lief zelden zien. Elke week zetten we in Man vs Vrouw hem tegenover haar met een stelling. Deze week: werkt een relatie op afstand?
VOLGENS HAAR
“Voor mij geen trucker of man in het vreemdelingenlegioen. Ik ga écht geen rekening houden met een man die toch nooit thuis is.” Deze puberale uitspraak was nog van voor ik kennis maakte met de liefde.
Gelukscurve
Ik zou er nog steeds geen ster in zijn. Terwijl ik toch vrij snel uitslag krijg van teveel mensen om me heen. Ruimte wil ik. En een lege kop. Zonder met mijn ogen te knipperen laat ik mijn bloedjes wat aanmodderen en scandeer regelmatig: ‘laat me nou! Hup, uit mijn aura!’. Gelukkig voor ons gezinsgeluk heb ik een kleine aura. Ik blijf heus wel plakken. Maar alles samen ondernemen of fröbelen bij een kopje thee en het Verkade theelichtje? Ach, loop gewoon een paar keer per dag de huiskamer binnen en mijn gelukscurve schiet al omhoog.
Hoger doel
Ik houd van de ontspannen sfeer waarbij man en kinders lekker wat aanklooien in en rondom huis. Ieder zijn ding. Niet in mijn aura, maar wel op ongeveer dezelfde vierkante meters. Oké, ruimer mag ook, maar kijk in mijn hart en ik heb het liefst aan het eind van elke dag de roedel weer kompleet. Ik bewonder mensen die voor langere tijd afscheid nemen van geliefden ten behoeve van een hoger doel. ‘Uit het oog, uit het hart’ is wat al te stellig, maar ‘uit het oog, uit mijn dagelijkse routine’ is bij mij toch wel haast een vanzelfsprekendheid.
Balans
Vriendin X heeft een man die maar zo een aantal maanden van huis kan zijn. Voor werk. Zij runt en regelt. Iedereen blij. Tot hij weer thuis is. Dan is ze ook blij, met hem. Maar niet met zijn bemoeienissen. “Het is toch elke keer weer even opnieuw de balans vinden.” Wat ze lukt. Daar niet van. De afstand was fysiek. Maar toch, zo’n man die weer het vlees komt snijden en bepaalt op welk kanaal de tv ’s avonds staat, voelt toch als landjepik, die eerste weken.
Hond
Erger is de afstand van de stellen die strak naast elkaar op de bank zitten, maar communiceren via de hond. “Wat is het baasje weer stil, hé Pluis? Nou, laat hem maar lekker in zichzelf brommen hoor, wat jij? Wij vermaken ons wel.” Wat dat betreft ben ik absoluut doordrongen van mijn gezegende positie. Ik heb wel de roedel, maar geen hond.
VOLGENS HEM
Voor mij werkt het niet. Niet dat ik ooit een lief heb gehad die op grote afstand woonde. Ja, een vakantieliefde in mijn jeugd, maar vakantieliefdes zijn negen van de tien keer toch tot mislukken gedoemd. Maar als volwassene een relatie met iemand die door de weeks of langer op een afstand van meer dan 50 kilometer zou werken? Nou nee.
Rust
Begrijp me niet verkeerd. Het kan natuurlijk best eens lekker zijn om de bank helemaal voor je alleen te hebben, geen trekkerige dramaseries te hoeven kijken, en desnoods de hele avond de afstandsbediening in je handen te kunnen houden. Maar dat valt bij mij toch echt onder de categorie ‘heel af en toe best eens leuk.’ Dat moet zeker niet te vaak gebeuren. Ik ben een ‘plakker’.
Romantiek
Je kunt mij niet gelukkiger maken dan lekker met zijn tweeën strak tegen elkaar op de bank. Samen naar theater of naar de film mag ook, om het even wat. Als het maar samen is. Dat klinkt kleffer dan bedoeld. Maar ik geef toe, ik val in de categorie ‘ouwe romanticus’. Liever het kaarslicht zien weerkaatsen in de ogen van mijn lief, dan te fel tl-licht op mijn broodje bal bij snackbar Jan.
Te stil
Jaren geleden heb ik eens een periode dermate ver van huis gewerkt dat ik af en toe in een hotel ging om de oververmoeidheid voor te zijn. Dat vond ik dus helemaal niks. Alle dingen die aan het verblijf in een hotel normaal gesproken leuk zijn, blijken flinterdun als je alleen in dat hotelbed slaapt. De kamer is te stil, de badkamer te steriel en de eettafel in het restaurant te leeg. Ik teken veel liever voor een eettafel met mijn lief, ruziënde kinderen, een mislukte prak en een schooiende poes, dan voor het eeuwige bakje appelmoes met rode kers.